Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
Helcystogramma rufescens
(Haworth, 1828)
Okeren graspalpenmot
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenAdult. © Stichting Tinea Adult. © Stichting Tinea NomenclatuurSinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | De Graaf & Snellen 1866: 342-343, Tineina nr. 98 Gelechia rufescens Haw. Snellen 1882a: 617, Ceratophora rufescens Haw. Lycklama à Nijeholt 1927a: 18, nr. 2909 Brachmia rufescens Hw. Lempke 1976a: 27, Brachmia rufescens (Haworth, 1828) Kuchlein 1993a: 222, nr. 778 Brachmia rufescens (Hw., 1828) Kuchlein & De Vos 1999: 77, nr. 0815 Helcystogramma rufescens (Haworth, 1828) Kuchlein & Bot 2010: 53, nr. 361361 Helcystogramma rufescens (Haworth, 1828)
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | Nederland | Voor het eerst uit ons land gemeld in de Bouwstoffen door De Graaf & Snellen (1866: 342-343), die daarbij vier locaties noemen, namelijk Leeuwarden (FR, J.H. Albarda), Jelsum (idem, in juli), Vogelenzang (NH, Kinker, 6 augustus) en Noordwijk (ZH, De Graaf, op zandgrond uit eikenhakhout geklopt in juli). Albarda bericht nog over de rupsen die hij van november tot juni vond in kokervormig opgerolde bladeren van Poa pratensis (inclusief subsp. angustifolia), Holcus lanatus, Festuca pratensis en Dactylis glomerata. Jaartallen ontbreken , maar de vondsten zullen stammen uit de periode 1851-1865. In ieder geval is een op 14 juni door Albarda uit een te Leeuwarden gevonden rups gekweekt exemplaar behouden gebleven (Lempke 1985: 63). De vlinder bevindt zich in Naturalis. | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | Noordwest-Europa | [download kaart als pdf] |
|