Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
|
Acleris logiana
(Clerck, 1759)
Witte berkenherfstbladroller
|
« Vorige
| Volgende »
|
Afbeeldingen Adult. © Stichting Tinea  Adult. © Stichting Tinea Nomenclatuur| Sinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | De Graaf 1862: 60, Tortricina nr. 11 Teras niveana F.
De Graaf 1862: 60, Tortricina nr. 12 Teras roscidana Hb.
Snellen 1882a: 180-181, Teras niveana Fabr.
Lycklama à Nijeholt 1927a: 6, nr. 1459 Acalla niveana F.
Bentinck & Diakonoff 1968: 64, nr. 70 Acleris logiana (Cl.)
Lempke 1976a: 30, Acleris logiana (Clerck, 1759)
Kuchlein 1993a: 225, nr. 857 Acleris logiana (Cl., 1759)
Kuchlein & De Vos 1999: 87, nr. 0910 Acleris logiana (Clerck, 1759)
Kuchlein & Bot 2010: 56, nr. 411650 Acleris logiana (Clerck, 1759)
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | | Nederland | | Voor het eerst uit ons land gemeld in de Bouwstoffen door De Graaf (1862: 60) onder twee soortnamen, namelijk Teras niveana (de huidige Acleris logiana) en Teras rosciana. Dit laatste kwam door een verkeerde determinatie: de betreffende exemplaren bleken eveneens tot de huidige Acleris logiana te behoren (Snellen 1882: 173). De Graaf (1862: 60) noemt bij beide door hem opgevoerde soorten slechts één locatie, namelijk Velp (GE), waar De Roo van Westmaas de vlinders niet zeer zeldzaam aantrof tegen rasters bij berken en dennen. Dit materiaal zal zich in de collectie van De Roo hebben bevonden, die als gevolg van oorlogshandelingen in de Tweede Wereldoorlog verloren is gegaan. De tweede locatie is waarschijnlijk Wassenaar (ZH), waar De Graaf op 11.X.1868 de vlinder ving (Snellen 1882: 181), maar ook dit exemplaar is vrij zeker niet behouden. In het Instituut van Beneden te Luik (België) bevindt zich een oud exemplaar dat op 5.IV.1871 door Van Medenbach de Rooy bij Arnhem (GE) werd gevangen. | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | | Noordwest-Europa | 
[download kaart als pdf] |
|