Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
Acleris laterana
(Fabricius, 1794)
Gewone meidoornherfstbladroller
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenAdult. © Stichting Tinea Adult. © Stichting Tinea Adult. © Stichting Tinea Adult. © Stichting Tinea NomenclatuurSinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | De Graaf 1851: 39, nr. 699 ?Teras comparana Hb. De Graaf 1862: 61, Tortricina nr. 16 ?Teras comparana Hb. Snellen 1882a: 188-190, Teras schalleriana Linn. partim Lycklama à Nijeholt 1927a: 6, nr. 1470? Acalla comariana Z. Bentinck & Diakonoff 1968: 59, nr. 55 Acleris latifasciana (Hw.) Lempke 1976a: 30, Acleris latifasciana (Haworth, 1811) Kuchlein 1993a: 225, nr. 844 Acleris laterana (Fabr., 1794) Kuchlein & De Vos 1999: 87, nr. 0897 Acleris laterana (Fabricius, 1794) Kuchlein & Bot 2010: 55, nr. 411520 Acleris laterana (Fabricius, 1794)
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | Nederland | Tot het verschijnen van het boek van Bentinck en Diakonoff in 1968 bestond bij het soortenduo dat thans Acleris laterana en A. comariana veel verwarring omtrent de juiste benaming van het Acleris-materiaal, dat nu, dankzij het in veel gevallen noodzakelijke genitaalonderzoek, inmiddels in de collecties wel op de goede plek is beland (zie Kuchlein 1993: 277-278). Van het materiaal dat De Graaf (1851: 35, 1862: 61) in de Bouwstoffen opvoerde, is een vlinder die Albarda op 3 augustus ving, in ieder geval behouden gebleven. Het exemplaar bleek tot A. laterana te behoren en bevindt zich thans in Naturalis (Lempke 1985: 71). Het jaartal wordt niet vermeld, maar de vondst zal van rond 1860 stammen. Voorts meldt De Graaf (1862: 61) dat Snellen de rups op vruchtbomen had gevonden, wat ook zou wijzen op de aanwezigheid rond 1860 van A. laterana in Rotterdam (ZH). | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | Noordwest-Europa | [download kaart als pdf] |
|