Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
Coleophora ibipennella
Zeller, 1849
Klein wit eikenkokermotje
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenAdult. © Stichting Tinea Adult. © Stichting Tinea NomenclatuurSinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | De Graaf & Snellen 1866: 380, Tineina nr. 233 Coleophora ibipennella Zell. Snellen 1882: 839-840, Coleophora ibipennella Zell. partim? Lycklama à Nijeholt 1927: 22, nr. 3796 Coleophora ibipennella Z. Lempke 1976: 22, Coleophora ibipennella Zeller, 1849 Kuchlein 1993: 213, nr. 537 Coleophora ibipennella Zell., 1849 Kuchlein & De Vos 1999: 62, nr. 0585 Coleophora ibipennella Zeller, 1849 Kuchlein & Bot 2010: 45, nr. 290510 Coleophora ibipennella Zeller, 1849
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | Nederland | Voor het eerst uit ons land vermeld in de Bouwstoffen (De Graaf & Snellen 1866: 380), waaruit blijkt dat Snellen de rups op eiken (Quercus sp.) had gevonden. Daarbij worden echter datum noch vindplaats aangegeven. De vondst zal waarschijnlijk dateren uit de periode 1855-1865 en dat geldt eveneens voor twee vlinders van Albarda, die hij respectievelijk te Kuikhorne en te Oldeberkoop (beide FR) ving. Deze exemplaren bevinden zich in Naturalis. In de Bouwstoffen (l.c.) worden nóg enkele locaties voor C. ibipennella opgegeven, maar door mogelijke verwarring met C. betulella blijven die hier onvermeld. | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | Noordwest-Europa | [download kaart als pdf] |
|