Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
Coleophora lusciniaepennella
(Treitschke, 1833)
Oker wilgenkokermotje
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenAdult. © Stichting Tinea Adult. © Stichting Tinea NomenclatuurSinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | De Graaf 1851: 48, nr. 832 Coleophora orbitella Zell. De Graaf & Snellen 1866: 378, Tineina nr. 225 Coleophora viminetella Zell. Snellen 1882: 808-809, Coleophora viminetella von Heyden Lycklama à Nijeholt 1927: 22, nr. 3654 Coleophora viminetella Z. Lempke 1976: 21, Coleophora viminetella Zeller, 1849 Kuchlein 1993: 213, nr. 507 Coleophora viminetella Zell., 1849 Kuchlein & De Vos 1999: 61, nr. 0555 Coleophora lusciniaepennella (Treitschke, 1833) Kuchlein & Bot 2010: 44, nr. 290200 Coleophora lusciniaepennella (Treitschke, 1833)
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | Nederland | Zeer waarschijnlijk voor het eerst uit Nederland vermeld in de eerste lijst van Nederlandse vlinders in de Bouwstoffen en wel onder de naam Coleophora orbitella (De Graaf 1851: 48). De Graaf noemt daarbij als enige locatie Noordwijk (ZH), waar hijzelf de soort vond. Wij volgen hier de kritische Snellen, die in een noot in de tweede lijst van Nederlandse vlinders in de Bouwstoffen opmerkt, dat hij de C. orbitella van De Graaf voor C. viminetella (de huidige C. lusciniaepennella) houdt (De Graaf & Snellen 1966: 383). Toch noemden wij de eerste vermelding door De Graaf “zeer waarschijnlijk” en deze lichte twijfel is toe te schrijven aan het ontbreken van De Graafs vondst bij de behandeling van C. viminetella in de tweede lijst van Nederlandse vlinders (De Graaf & Snellen 1966: 383). Maar mogelijk was het weglaten van de vondst van De Graaf gemakkelijker geworden doordat intussen ook Kinker de soort te Noordwijk had verzameld (l.c.). Het materiaal, dat in het decennium 1841-1850 zal zijn verzameld, is verloren gegaan. | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | Noordwest-Europa | [download kaart als pdf] |
|