Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
Phyllonorycter lautella
(Zeller, 1846)
Eikenzaailingvouwmijnmotje
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenAdult. © Stichting Tinea NomenclatuurSinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | De Graaf & Snellen 1866: 394-395, Tineina nr. 297 Lithocolletis lautella Zell. Snellen 1882: 930, Lithocolletis lautella Zell. Lycklama à Nijeholt 1927: 25, nr. 4122 Lithocolletis lautella Z. Lempke 1976: 18, Phyllonorycter lautella (Zeller, 1846) Kuchlein 1993: 204, nr. 246 Phyllonorycter lautella (Zell., 1846) Kuchlein & De Vos 1999: 42, nr. 0295 Phyllonorycter lautella (Zeller, 1846) Kuchlein & Bot 2010: 35, nr. 160660 Phyllonorycter lautella (Zeller, 1846)
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | Nederland | Voor het eerst uit ons land vermeld door De Graaf & Snellen (1866: 394-395). Daarbij worden zeven locaties genoemd, namelijk Arnhem (GE, door P.C.T. Snellen), Velp (GE, door E.A. de Roo van Westmaas), Haarlem (NH, door Weyenbergh), Vogelenzang (NH, door Veth), Dordrecht (ZH, door De Roo van Westmaas) en voorts Rotterdam (ZH) en 's-Gravenhage (beide ZH, door Snellen), plus verscheidene plaatsen in Friesland (door J.H. Albarda). Albarda en Snellen kweekten de vlinders. Jaartallen ontbreken evenwel, maar ruw geschat dateren de vondsten uit de periode 1855-1865. In Naturalis bevindt zich een uit een te Overveen (NH) gevonden rups gekweekte vlinder, voorzien van een etiket met het jaartal 1864. | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | Noordwest-Europa | [download kaart als pdf] |
|