Zoeken op soortnaam:
Soortenlijst
|
Caloptilia robustella
Jäckh, 1972
Jäckhs eikenbladkegelmotje
|
« Vorige
| Volgende »
|
AfbeeldingenAdult. © Stichting Tinea NomenclatuurSinds 1851 in Nederland gebruikte wetenschappelijke namen | Snellen 1882: 766-767, Gracilaria alchimiella Scop. part. Lycklama à Nijeholt 1927: 24, nr. 4040 Gracilaria alchimiella Scop. part. Lempke 1976: 17, Caloptilia robustella Jäckh, 1972 Kuchlein 1993: 202, nr. 189 Caloptilia robustella Jäckh, 1972 Kuchlein & De Vos 1999: 39, nr. 0237 Caloptilia robustella Jäckh, 1972 Kuchlein & Bot 2010: 33, nr. 160090 Caloptilia robustella Jäckh, 1972
| | |
Oecologie | | Geografische verspreiding | | | Nederland | Caloptilia robustella is pas in 1972 als afzonderlijke soort herkend (Jäckh 1972: 549-560); voordien vermengd met C. alchimiella. Gielis (1975: 18) introduceerde deze nieuwe soort voor onze fauna op grond van een te Etten-Leur (NB) op 16.VIII.1974 gevangen wijfje zonder gegevens over eerdere Nederlandse vondsten te vermelden. Niet lang daarna heeft Lempke (1976b: 26-30) dat wél gedaan, waarbij hij tevens verschillen tussen C. robustella en C. alchimiella behandelde. Overigens waren deze verschillen ook Snellen (1882: 67) al opgevallen, maar als gerenommeerd “lumper†herkende hij daar geen afzonderlijke soort in. In Naturalis bevindt zich een vlinder met een van jaartal voorzien etiket (5.V.1867), afkomstig uit Overveen (NH). | | |
[Kaart in de NDFF Verspreidingsatlas]
| | | Noordwest-Europa | [download kaart als pdf] |
|